De rooms-katholieke kerk leert dat Jezus Christus is gestorven voor alle mensen, en dat hij na zijn dood door God is opgewekt en bij Hem verder leeft. Overledenen worden na de dood opgenomen door God, bij wie ze voor eeuwig in vrede, rust en licht leven. Dat wordt de hemel of het hiernamaals genoemd.
Katholieken worden meestal begraven, hoewel crematie inmiddels ook veel voorkomt. De doden blijven in de katholieke traditie bij de levenden horen. Dat krijgt op verschillende manieren vorm. Op 2 november viert men Allerzielen, waarbij de doden van het afgelopen jaar worden herdacht. Vaak gaan nabestaanden op die dag naar het kerkhof. In sommige streken draagt men zes weken en een jaar na het overlijden een mis op voor de gestorvene. Ook kunnen de namen van doden genoemd worden tijdens de mis. In veel kerken worden bovendien kruisjes met de namen van de overledenen op een gedachteniswand in de kerk opgehangen.
