Een boeddhist wil zijn of haar leven goed en waardig afsluiten en bewust uit handen geven. Een geestelijk leider kan daarbij helpen. Boeddhisten zijn niet erg voor euthanasie en orgaandonatie. Soms geven ze er de voorkeur aan om het lijden bewust te beleven. Ze willen dan geen of maar weinig pijnbestrijding.
Er zijn veel verschillende rituelen vlak voor en na het sterven, afhankelijk van het land van herkomst. Een geestelijk leider of de familie voert die uit. Meestal wordt de dode in het wit gekleed, de kleur van de rouw. Boeddhisten worden vrijwel altijd gecremeerd.
Zeven dagen na de dood wordt de naam van een overledene op een plankje geschreven. Na zeven keer zeven dagen wordt het plankje in de tempel of op een huisaltaar gezet.